Vorige week mocht ik op de radio vertellen over beunhazen die een stevig graantje meepikken van de drukte in de bouw. Consumenten denken een vakman in te schakelen en worden getrakteerd op prutswerk.
Aan mij werd door de radiomakers de vraag gesteld hoe je nu het verschil tussen een beunhaas en een vakman kunt ontdekken. Een hele begrijpelijke vraag, want dat is niet bepaald makkelijk. Ben je een vakman als je een mooie bus hebt? Een prachtige website? Mooie visitekaartjes? Nee, natuurlijk niet.
Als je een laag tarief rekent, ben je dan een beunhaas? Helaas ken ik genoeg op en top vakmensen die nog een veel te laag tarief rekenen. En als je snel aan de slag kunt met de klus? Is dat het bewijs dat je een beunhaas bent? Misschien. Maar je zult als vakman maar net tijd hebben vanwege een opdracht die niet doorgaat of is uitgesteld. Dan wil je toch niet bestempeld worden als beunhaas?
Ik ben reuze benieuwd hoe jij bewijst dat je een vakman bent. Want de meeste vakmensen zijn niet aangesloten bij een keurmerk. En ze hebben ook geen waslijst met positieve klantbeoordelingen om aan een nieuwe klant te laten zien. Vakdiploma’s hangen ook niet aan de muur.
Moet jij het uitsluitend hebben van mond-op-mond-reclame? Overigens een heel effectieve manier van acquisitie. Laat me weten hoe we de beunhazen de bouw uit krijgen en hoe we ervoor kunnen zorgen dat het imago van de bouw niet langer wordt verpest door dit soort oplichters.
Mail me!
Charles Verhoef
Voorzitter Zelfstandigen Bouw
charles.verhoef@zelfstandigenbouw.nl
Als zelfstandige in de bouw ben je gewend om je eigen boontjes te doppen. Of je nu een timmerman, stukadoor of metselaar bent, je regelt je werk zelf, je klanten én je financiën. Maar hoe zit het met je pensioen? Grote kans dat je niet voldoende opbouwt. Gelukkig is er een manier om dat eenvoudig en voordelig te regelen: jaarruimte.
Zelfstandigen Bouw zet zich intensief in om het AOW-AOV-hiaat op de politieke agenda te houden. Dit probleem raakt zelfstandigen die, door de verhoging van de AOW-leeftijd, een inkomensgat ervaren tussen het einde van hun arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) en het moment waarop hun AOW-uitkering ingaat. Deze situatie is bijzonder schrijnend voor zelfstandigen in zware beroepen, die vanwege hun gezondheid en beroepsrisico’s vaak niet de mogelijkheid hebben gehad of krijgen om zich te verzekeren tot hun AOW-leeftijd. De financiële schade ontstaat vooral wanneer deze zzp'ers arbeidsongeschikt raken, omdat zij dan onverzekerd en zonder inkomen zitten vanaf 65 jaar tot de AOW-leeftijd.
Zelfstandigen Bouw is blij dat de Raad van State onze zorgen deelt over de nieuwe wet Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelatie en Rechtsvermoeden (VBAR). Deze wet zou meer duidelijkheid moeten geven over de regels voor zelfstandigen, maar pakt het echte probleem niet aan: hoe zorgen we voor een moderne arbeidsmarkt waarin zelfstandigen goed hun werk kunnen blijven doen?